Zonder oordeel
Als ik bij mijn ouders ben geweest, vertrek ik altijd met een extra tas. In de aanloop naar mijn komst verzamelt mijn moeder allerlei krantenknipsels. Over voorstellingen die ik beslist moet zien, recensies van boeken die ik absoluut moet lezen en andere onderwerpen die me zeker zullen interesseren. Daarnaast ligt een stapeltje met boeken die ze net zelf heeft gelezen en waarvan ze me de essentie allang heeft verklapt, maar die ik nog wel moet lenen. Het ritueel ontroert me met de jaren steeds meer.
Ik ben natuurlijk net zo. Afgelopen zaterdag zat ik met zeven vrienden bij een toneelstuk dat ik een week eerder ook al had gezien en waarbij ik voortdurend had bedacht wie het stuk ook zouden moeten zien. In het theaterstuk ‘De geit, of wie is Sylvia’ van de Amerikaanse schrijver Edward Albee wordt een gelukkig getrouwde man verliefd op een geit. Met dat absurde gegeven als uitgangspunt, legt het toneelstuk de relaties tussen man en vrouw, hun zoon en hun beste vriend op scherpzinninge manier bloot. De man vertelt zijn vrouw onomwonden over zijn verliefdheid op de geit: ‘Ik hou van jou. En ik hou van haar. Zo staan de zaken.’ Geen leugens of goedkope excuses, maar de naakte waarheid. Hoe absurd en verwerpelijk zijn verliefdheid op een geit ook klinkt, hoe kwetsend het voor vrouw en zoon ook is, met zijn recht door zee strategie overtuigt hij mij van zijn oprechtheid.
Door gewoon te zeggen waar het op staat, opende de hoofdpersoon de arena voor een gevecht waarin alle emoties voorbijkomen. Pijnlijk wordt het pas doordat iedereen bij zijn eigen verhaal blijft en het verhaal van de ander nauwelijks hoort. Niet uit onwil, wel uit onvermogen. Ze zijn simpelweg te druk met de wraakzucht, de verliefdheid of het loyaliteitsconflict. Ieders eenzaamheid wordt alleen maar erger met z’n tweeën, drieën of vieren.
Zo moeilijk is het dus om recht te doen aan iemands verhaal en echt te luisteren zonder oordeel. Of om dat oordeel uit te stellen, totdat je recht van spreken hebt. Door dit stuk realiseerde ik me opnieuw hoe moeilijk ik dat vind. Om echt te luisteren als ik iemands daden of standpunten afkeur en me er nauwelijks toe kan zetten om zijn of haar verhaal te horen. Dat ik harder ga praten, scherper word in mijn argumenten om mijn standpunt kracht bij te zetten, omdat ik wel begrepen wil worden, zonder de ander serieus te nemen.
‘We don’t see things as they are, we see them as we are’, zei schrijfster Anaïs Nin ergens in de vorige eeuw. Hoewel wordt betwist of het haar uitspraak is, of dat zij die jatte, heeft zij het goed gezien.
Verschenen in het Financieele Dagblad
0 antwoorden